L'Oiseau de feu

Het sprookjesachtige Russische ballet De vuurvogel was het eerste van zijn soort. Dankzij dit werk groeide Stravinsky in Parijs uit tot een beroemdheid. Het ballet ging in première in 1910, en was zo succesvol dat Stravinsky nog twee grote Russische balletten schreef: Petroesjka (1911) en Le Sacre du printemps (1913). Het verhaal gaat over twee magische wezens: de vuurvogel en de kwade tovenaar Kosjtsjei de Onsterfelijke. De jonge prins Ivan Tsarevitsj speurt naar de vuurvogel, maar wordt gevangen door Kosjtsjei. De vuurvogel schiet hem te hulp, waarna Ivan trouwt met de prinses Tsarevna. Stravinsky sluit het ballet af met een geniale ingeving. Het was bij balletten gebruikelijk om te eindigen met een reeks divertissementen, maar hij koos voor een statiger slot, waarbij hij gebruik maakte van de melodie van een Russisch khorovod (een traditionele dans), geschreven door zijn leermeester Nikolaj Rimski-Korsakov. De melodie wordt eerst zachtjes gespeeld door onbegeleide hoorn, en bouwt op naar een schitterende climax van koperblazers, wat staat voor de bloei van het koninkrijk nu het is bevrijd van Kosjtsjei.