De New York Times omschreef Tamsin Waley-Cohen al eens als een violiste ‘die ons gevangen houdt in gewaagde en onverschrokken optredens’; The Guardian roemde in haar optredens haar ‘onbevreesde intensiteit’. Kortom, Waley-Cohen is geen muurbloem en dat blijkt weer eens op dit album. Ze wordt hier gedreven door de vaardige pen van de immer vooruitstrevende John Adams.