Charles Gounod

Biografie

Net als zijn tijdgenoot Liszt was Charles Gounod een componist bij wie het sacrale en het sensuele om voorrang streden. In tegenstelling tot Liszt ontving Gounod geen wijdingen, maar kerkmuziek speelt wel een grote rol in zijn oeuvre. Hij werd in 1818 geboren in Parijs. Op 20-jarige leeftijd won hij de Prix de Rome. Zijn daaropvolgende studie in het buitenland wekte bij hem een diepe bewondering op voor Giovanni Pierluigi da Palestrina, ook was hij verzot op het werk van Johann Sebastian Bach. Dat verklaart wellicht het vakmanschap in zijn vele missen, zoals het nog steeds populaire en grootschalige Messe solennelle en l'honneur de Sainte-Cécile (1855) en de oratoria die hij voor Engeland schreef. Daarheen was hij in 1870 gevlucht, aan het begin van de Frans-Pruisische Oorlog. Zijn liederen onthullen een instinctief melodieus talent (soms met een zoetheid die componisten als Berlioz overdreven vonden), maar zijn meest memorabele erfenis ligt in de opera. Gounods eerste echt internationale succes was zijn op Goethe gebaseerde Faust. Dit werk, dat in 1859 première ging, was een krachtige cocktail van dreigend duivels drama en kokette overgave. Vijf jaar voor zijn dood, in 1893, was het al 500 keer uitgevoerd door Opéra national de Paris.