Antonio Vivaldi was een van de briljantste componisten van de 18e eeuw. En als dichter… Laten we zeggen dat hij op dat gebied een iets andere status heeft. In de kantlijn van de manuscripten van De vier jaargetijden, de meesterlijke cyclus van vier vioolconcerten waarmee Vivaldi een jaar in Italië portretteerde, is bij elk seizoen een bijbehorend sonnet genoteerd. De gedichten, vermoedelijk geschreven door Vivaldi, hebben de bedoeling om een context te schetsen voor de luisteraar. Maar er is een reden dat de gedichten tijdens vertolkingen van het werk worden overgeslagen: ze zijn simpelweg bij lange na niet zo goed als de muziek.
Violist Daniel Pioro heeft zijn nieuwe opname van De vier jaargetijden gedurende decennia voorbereid, vertelt hij aan Apple Music Classical. Een van zijn eerste klussen was om het mes te zetten in de rijmelarij van Vivaldi. Daartoe nodigde hij de briljante Michael Morpurgo uit, auteur van onder meer War Horse en de voormalig Children’s Laureate van Groot-Brittannië. Hij kreeg als taak om een nieuwe reeks gedichten te schrijven, waarin Vivaldi’s beelden naar verrukkelijke hoogtes worden getild. “Soms denk ik dat we door Michael deze sonnetten te laten ‘Morpurgoficeren’, in plaats van de zoveelste vertaling te leveren, nog dichter bij Vivaldi komen”, zegt Pioro. “In de gedichten vraagt hij zich af wat Vivaldi zou schrijven als hij nu zou leven en in het Engels zou werken.”
Pioro gaf Morpurgo de opdracht om trouw te blijven aan zijn wortels, in zijn geval Somerset. “Ik wilde dat Michael zou begrijpen dat hij zich niet voor moest doen als een Italiaan. We zijn beiden geen Italianen en ik ben geen bespeler van historische instrumenten, noch heb ik diepgaande kennis van de technieken van de Italiaanse barok. Maar dat vormt geen hindernis. We verhouden ons tot de puurheid van een idee. Dit is geen geschiedkundig document. Het is veeleer een poging om in de hersenen en ziel van het werk te kruipen, dan om een historisch feit op te dissen.”
Geheel in lijn met de dichterlijke interpretaties van Morpurgo is het spel eveneens fris en vitaal. Piro en het Manchester Camerata injecteren dramatiek in elke maat van Vivaldi’s muziek, van de vrijmoedigheid van de pastorale dans in het concert Lente, tot de vervaarlijke en levensbedreigende kou in het concert Winter. Elk deel is in één keer opgenomen, waardoor het album een glorieuze spontaniteit verkrijgt. “Geen enkele van de versieringen of eigenaardigheden die je hoort, klonken bij een andere sessie precies zo”, zegt Pioro. “We luisterden naar wat we hadden opgenomen en besloten wat de geest van het werk en de achterliggende gedachtes het meest benadert. We hebben een hoop kleine risico’s genomen met Vivaldi’s muziek.”
Dit alles kon niet worden bereikt zonder de artistieke participatie van het Manchester Camerata. “Ik werkte samen met een groep muzikanten die de vrijheid had om niet in mijn visie te geloven. Maar ze steunden me van het begin tot het eind volledig. Ze gaven me de indruk dat we gelijkgestemden waren. Ze waren stuk voor stuk buitengewoon.”
Hieronder volgt een exclusieve bespreking door Daniel Pioro van elk deel van het album Vivaldi: The Four Seaons. Hij belicht zijn bijzondere muzikale visie op het grootse kwartet van vioolconcerten.
Spring—‘Allegro’
“Het concert Lente gaat over de kracht van de natuur. Pas in het slotdeel komt de mensheid om de hoek kijken. Wat ik wilde bereiken is dat je het gevoel krijgt van damp op je huid. Dat je als het ware de veranderingen in de lucht en het weer kan ruiken.”
Spring—‘Largo e pianissimo sempre’
“De ‘capraro’, een geitenherder, slaapt. Het is niet de verbeelding van een droom; het is de droom zelf. Dat houdt in dat de geitenherder vreemde plekken opzoekt. Misschien droomt hij over familie of een ruzie, of iets erotisch, of iets banaals. Mijn improvisaties zijn gebaseerd op vluchten der verbeelding.”
“De altviolist portretteert normaliter het blaffen van een hond, maar het is lomp, lelijk en onnodig. De muziek is zoveel interessanter dan dat. We besloten dat als de hond aldoor blaft, de herder niet zou kunnen slapen. Daarom moest het de herinnering aan een blaffende hond zijn, of de troost die de herinnering aan het geluid van zijn trouwe metgezel verschaft.”
Spring—‘Danza pastorale. Allegro’
“Dit lijkt Vivaldi’s pendant van Le Sacre du printemps, vind ik. Dit is zo’n deel dat niet heel interessant is, als het precies zo wordt uitgevoerd zoals het is geschreven. Maar als je inspeelt op de heidense rituelen, het offer in Stravinsky’s Le Sacre du printemps en de manie die in enkele dieren en mensen sluipt zodra bloemen uit de grond schieten, dan is het ongelooflijk. Het was belangrijk voor me dat we elementen van folk en traditionele muziek gebruiken, alsook het stampen van voeten, drones en versieringen.”
Summer—‘Allegro non molto’
“In de openingsmaten van het concert Zomer wilden we het soort gaap vertolken, dat je alleen overkomt als je net iets te lang hebt geluierd. Het is vermoeidheid door niets te doen in de zomerse hitte.”
“Vooral in het eerste deel zijn er fragmenten van uiteenlopende zaken. De koekoek, een bepaalde vogel, een andere vogel, het begin van naderende stormen. Het is alsof je op volle snelheid door alle Italiaanse zomers jaagt.”
Summer—‘Adagio e piano – Presto e forte'
“Hier heerst een hitte die jeuk veroorzaakt en prikkelbaar maakt, inclusief het oncomfortabele gezweet, de muggen en de knutten. Het geluid van een donder markeert dit deel, waarbij het orkest de donder belichaamt.”
“Maar de vraag is: komt de storm onze kant op, of gaat de storm vanuit de bergen richting een andere stad? Uiteraard weten we dat de storm hierheen komt, want we kennen de muziek. Maar dat is het punt: er is een moment waarop de storm nog langs ons heen kan waaien. Daarom moet de laatste orkestrale klap tegen het einde van dit deel ons de absolute zekerheid geven, dat we niet ontsnappen aan de storm. Die komt onze kant op.”
Summer—‘Presto’
“We bevinden ons in de storm en de storm bestaat alleen als de muzikanten die omarmen. Doe je dat niet vanaf de eerste noot, of als iemand het op passieve wijze doet, dan is het geen werkelijke storm. Dan kleineren we de hele onderneming. Dit is geen verhaal over een storm. Het is de storm zelf.”
Autumn—‘Allegro’
“Het concert Herfst is het menselijkst. Het gaat over de menselijke ervaring van leven op deze planeet. Het portretteert oogst, vreugde, dronkenschap en zulke zaken. Het schetst 24 uur in de dag van een echte oude Italiaanse ‘paesano’ (dorpeling). Op de eerste dag wordt geoogst, waarna ze dronken worden en dansen. Ik sta mezelf toe om een dubbelgreep toe te passen, een opzettelijk belachelijke muzikale versiering. Ik ben zo’n pompeus figuur dat denkt dat hij het beter kan dan anderen. Het is een tikje ongemanierd en teder. Sommigen van ons hebben geen tanden meer, anderen hebben een dubieuze hygiëne. Het is rauw, echt, zoet, grappig en vuil.”
Autumn—‘Adagio molto’
“We gaan door naar de nacht, als iedereen verzadigd is van de goedkope alcohol. Iedereen slaapt. Het is de slaap der dronkaards. Maar ik dacht: oké, laten we wat magisch realisme toelaten. Wat als deze dromen beïnvloed zijn door opiaten? Wat als er paddo’s zijn genuttigd?”
“Daarom zei ik tegen de klavecinist David Gordon: “Dit is een door opiaten beïnvloede droom, dus gebruik je fantasie en pak alles wat je maar kan bedenken.” De strijkinstrumenten meanderen van de ene harmonie naar de andere.”
Autumn—‘Allegro'
“Het slotdeel is een jachtpartij. Maar het zijn geen professionele jagers. Het zijn de dronken dorpelingen van de nacht ervoor. Het is passief jagen. Er is een schrander persoon die misschien nooit drinkt, en je hoort kleine geluidjes op jachthoorns. Ze willen jagen, maar ze weten eigenlijk niet zo goed hoe dat moet. Het is allemaal niet zo snugger.”
“Dan zijn er nog de agressieve en meedogenloze natuur, het geweld van de dood, de honden en de bok. De bok sterft en de honden scheuren hem uiteen, waarna het hoofd barst en de jagers huiswaarts keren. Dat is wel een heel slap einde na een buitengewoon gewelddadige scene.”
Winter—‘Allegro non molto’
“Winter is de calamiteit die plaatsvindt zodat er iets nieuws kan gebeuren. Het is het einde van alles. Ik denk dat we niet afdoende hebben gebeden op het altaar van de allesvernietigende kou die al het leven uitwist. Het eerste deel is overrompelend prachtig, maar het klapperen van tanden is niet grappig. Het is echt zeer intens. We klapperen met onze tanden als we lijden onder de heftigste griep die je je maar kunt voorstellen. We klappertanden als de dood voor de deur staat.”
“In het begin trilt en schudt dit deel, maar mijn instructie aan de luitspeler is om de andere kant op te gaan, om de traagheid te belichamen die intreedt als het lichaam bevriest. Vandaar dat hij begint met de onheilspellende klanken van traag getokkel.”
Winter—‘Largo’
“Het tweede deel is een perfect portret van de tevredenheid bij mensen voor wie winter draait om sneeuw, een warm huis, Kerstmis en kunst. Maar aan de andere kant van de heuvel leidt de winter tot ontwrichting en gaan mensen dood. Dat contrast was zeer belangrijk voor me. Het is net een horrorfilm.”
Winter—‘Allegro’
“Hier wordt een moment beschreven: een kind rent over de bevroren grond, het ijs breekt en het kind struikelt en valt. Ik besloot dat een orgel plus hoge noten op strijkinstrumenten weerklinken nadat het ijs breekt en het kind valt. Dan denk je: zijn we in de hemel? Is dit een gebed? Is dit een dodenwake? Er is een moment dat doet denken aan een uitvaart, dan is het alsof we baden in heilig licht. We worden eraan herinnerd dat wat we ook ervaren, voelen of denken, de winter nog steeds tekeergaat. Het eindigt met een winterstorm. En als die voorbij is, dan is het voorbij.”