Piano

Van buffetpiano tot vleugel: de piano is een van de hoekstenen van de klassieke muziek. Kamermuziek kan niet zonder piano, als solo-instrument kent het zijn gelijke niet. Het klavechord, het klavecimbel en de fortepiano waren vroege voorouders van de moderne piano. Eeuwen van evolutie hebben geleid tot de geboorte van de piano zoals we die nu kennen. De naam van het instrument komt van pianoforte, wat letterlijk 'zacht' en 'hard' betekent en daarmee de veelzijdige aard van de piano weerspiegelt. De voorganger, de fortepiano, werd in de achttiende eeuw uitgevonden toen Bartolomeo Cristofori een klavecimbel aanpaste door het tokkelmechanisme te vervangen door een hamermechanisme, waardoor er een heel nieuw expressief bereik ontstond. De piano kreeg zijn huidige vorm rond 1900, na de introductie van een sterker frame, gemaakt van metaal in plaats van hout, met dikkere snaren en een groter klavier. Met deze innovaties konden componisten technisch uitdagende stukken schrijven voor een nieuwe generatie pianisten. Tegenwoordig zijn piano's standaard uitgerust met een rij van 88 of meer witte en zwarte toetsen, en een mechanisme met hamers, snaren en pedalen. De pedalen (in de regel twee of drie) dienen om tonen langer door te laten klinken, of een zachtere, dunnere en intiemere textuur teweeg te brengen. De piano kan solo worden bespeeld en komt ook uitstekend uit de verf in een kamerorkest of groot orkest. Waar de lijvige instrumenten ook terecht komen, het rijke expressieve palet wordt volop gebruikt. Van de delicate werken van Haydn tot de stormachtige passages van Beethoven en van de virtuositeit van Liszt tot de dromerige Rachmaninov: ontdek hier jouw eigen favoriete pianomuziek.